27 februari 2024

Mijn samenwerking met Theo Regterschot

Omdat ik vanwege mijn pensioen per oktober van 2023 wat tijd over heb voor een sociale bijdrage aan onze samenleving, ga ik op de 7e van die maand naar de vrijwilligersmarkt in het Gemeentehuis van Wolvega. In de hal staan aan weerskanten van de ruimte kramen opgesteld van allerlei organisaties die vrijwilligers nodig hebben.

Er staan best wat volk bij sommige kramen. Als ik via de draaideur binnen ben, zie ik in de linkerhoek van de hal een vrolijke kop met bril. Hij kijkt me hoopvol aan. Het is Theo. Een man met een lichte verstandelijke beperking. Ik loop naar hem toe. “Coach” versta ik. De rest gaat aan me voorbij. Theo heeft een spasme waardoor hij moeilijk kan praten. Hij reikt me een papier aan waarop staat “coach van Theo bij een vergadering”. Inmiddels is Rietje aangeschoven. Rietje is, net zoals Theo, werkzaam bij de LFB (Landelijke Federatie Belangenverenigingen Onderling Sterk), een organisatie die zich inzet voor meer deelname van mensen met een beperking in onze maatschappij. Waarin iedereen de eigen talenten kan ontplooien en in de samenleving een steentje kan bijdragen.

Rietje legt mij uit dat Theo lid is van het Burgerplatform, een adviesorgaan voor de gemeente dat meedenkt over voorzieningen die de gemeente biedt. In de breedste zijn van het woord. Theo heeft ‘toegankelijkheid’ als aandachtspunt. Denk aan veilige toegang tot publieke gebouwen, als je slecht ter been of slechtziend bent. Ook het melden van obstakels, zoals ongelijke stoeptegels. Als goedziende loop je daar omheen. Of je moet afgeleid zijn door kijkend op je telefoon overheen te struikelen. Een slechtziende heeft die afleiding niet nodig om er overheen te vallen.
 
Voor de vergaderingen van het Burgerplatform met een afgevaardigde van de gemeente heeft Theo iemand nodig die hem bijspringt als hij niet verstaan wordt of als dingen te snel gaan in een bijeenkomst. Een maatje dus. Of dat iets voor mij is, vraagt Rietje. Theo kijkt mij verwachtingsvol aan. Ik hoef niet lang na te denken. Dit is wel iets voor mij. Het woord ‘coach’ laten we snel vallen. Want eerlijk gezegd is Theo meer een coach voor mij, dan ik voor hem. Hij moet mij inwerken in de materie. Die beperking ligt bij mij. Wat is het Burgerplatform? Wat doet de LFB? Wat is zijn rol in het geheel? Dat wordt me duidelijk na een aantal keren samen koffie te hebben gedronken. Er gaat een nieuwe wereld voor me open.  Ik leer Theo beter te verstaan. En als ik het niet begrijp, tikt hij de woorden in op het kladblok van zijn laptop.

Tijdens de koffiebijeenkomsten bij de LFB leer ik ook andere medewerkers kennen. Eén van die medewerkers beweegt zich buiten voort met een scootmobiel. Zij woont niet in Wolvega. En reist met de trein naar haar werk met haar scootmobiel. Laat dit nou net in die bewuste week gebeuren, dat de trein vanwege werkzaamheden niet rijden. Met de bus is geen optie. Want scootmobiels mogen niet (meer) in de bus. Verzekeringstechnisch is dit niet haalbaar, heb ik me laten vertellen. Het vervoer is provinciaal geregeld. De Provincie overlegt niet met het Burgerplatform. Dus is er daar geen gezamenlijke ingang. Fijn, zulke beperkingen in de zelfstandigheid die opgelegd worden door verzekeringsmaatschappijen, vervoersbedrijven en overheden! De bewuste medewerker wordt die week iedere dag vervoerd door een collega met auto. Heel vriendelijk, maar je wordt wel afhankelijk gemaakt.
Zo leer ik meer en meer over de obstakels waarin mensen met een beperking tegen aanlopen. Maar ook over de mogelijkheden van de LFB-medewerkers voor een betere integratie in de maatschappij.  Om burgers en overheden bewust te maken van de rechten en plichten die we over een weer hebben. Zo is er een verdrag van de Verenigde Naties, waarin participatie in de samenleving en gelijkwaardigheid voor mensen met een beperking is opgenomen. Nederland heeft dit verdrag uit 2006 een jaar later ondertekend. En moet zich houden aan de regels in dit verdrag. Wist u dat? Ik niet. Een mooi verdrag.

Wat ik ook mooi vindt is het verhaal van een jonge vrouw uit Wales die een opleiding volgt tot arts (Zie dagblad Trouw van 11-11-2023). Is dat bijzonder dan? Eh ja, ze is namelijk praktisch doof en blind. Vanaf haar geboorte. Ze heeft zich door haar beperkingen er niet van laten weerhouden te doen wat ze het liefste wil. Dokter worden. Met als specialisatie de zorg voor terminale of chronisch zieke patiënten. Deze jongedame kan kleuren en contouren (niet scherp) onderscheiden en kan horen via een modern gehoorapparaat. Praten heeft ze geleerd doordat haar moeder een opgeblazen ballon tegen haar oor aan hield. Zo leerde ze via de trilling van de ballon de vibratie van elke letterklank kennen. Je moet er maar op komen. Simpel en doeltreffend.

Diagnoses stellen als geneeskundestudent kan ze door goed te luisteren. En te ruiken. Volgens haar kun je de meeste infecties onderscheiden door hun reuk. Sommige medici zijn sceptisch en vragen zich af wat een ‘invalide’ kan betekenen in de gezondheidszorg. Gelukkig zijn er ook die haar toegevoegde waarde ervaren. Omdat ze gebruik maakt van andere zintuigen dan alleen (hetzij beperkt) zicht en gehoor.  Een inspirerend verhaal. Deze dappere jonge vrouw en de mensen van de LFB maken mij duidelijk dat lichamelijke en verstandelijke beperkingen geen obstakel hoeven te zijn om mee te draaien in onze maatschappij.

Ik wens u met al úw beperkingen en talenten een goede samenwerking in de samenleving toe.